Ik loop de winkel uit en voel me vreemd. ‘Niet naar beneden kijken’ galmt het in mijn hoofd. Sinds een paar minuten ben ik ‘bebrild’. Een bril met een dubbele functie; een afdeling voor de wereld en een afdeling voor de wereld van letters. Toen ik de bril net had ging mijn hoofd regelmatig van beneden naar boven, zoekend naar scherp beeld. Het is zo ver.. De tijd van de leesbrilletjes is over, ik ben volledig aan de bril. Of toch niet…
Een paar weken eerder was ik de brillenzaak in gelopen. Zaterdagmiddag en tjokvol. Overal stonden mensen te kijken, in een hoek bij de koffieautomaat leek het de wachtkamer bij de dokter. Mensen op stoelen, wachtend op hun beurt. Personeel dat van hot naar her rende. Ondanks de drukte werd ik snel geholpen. Er zat een systeem in het werk van het personeel. De een hielp met het uitzoeken van het montuur, de ander deed de opmetingen en bij het volgende station werd de zakelijke kant afgewikkeld. Lekker praktisch, daar hou ik van.
Een bril uitzoeken, tja, met zo’n wand vol met montuurtjes geen eenvoudige opgave. Tot nu toe maakte het allemaal niet zo uit. De goedkope leesbrilletjes lagen door het hele huis en de kleur of vorm deed er niet zo toe. Als ik er maar eentje kon vinden op cruxiale momenten. Van tijgerprintje tot eenvoudig blauw, ik had ze allemaal. Dat zou allemaal anders worden, want nu kwam het er op aan. Een enkele keuze voor DE bril.
Het werd een niet te opvallend model met een mooie magenta (een ingewikkelde benaming voor donker roze, om even interessant te doen) rand. Een paar weken oefende ik met mijn bril, maar we konden geen langdurige relatie opbouwen. Ik zette hem af bij het autorijden en op straat ook maar liever niet. De wereld kwam wel erg scherp binnen.
Terug naar de brillenwinkel. Een nieuwe meting. “Tja, mevrouw, de meting klopt precies hoor. U zou eigenlijk gewoon goed moeten kunnen kijken met uw bril” was het antwoord. De mevrouw in de winkel vertelt dat het vaker voorkomt dat mensen weerstand hebben tegen de scherpte en de ogen zelf het werk willen blijven doen. Waarom verrast het mij niet dat ik tot de doelgroep behoor? Eigenwijs zijn is een van mijn kwaliteiten toch? Gelukkig dat de mevrouw in de winkel vooral het comfort voor mij voor ogen had. “We halen de sterkte bovenin eraf.”
Inmiddels ben ik beter bevriend met mijn bril. Feitelijk gezien heb ik nu een hele dure leesbril die ik als ik wil, de hele dag op kan hebben. Dat is nog niet helemaal gelukt. Zodra ik de auto in stap, ga ik voor de naakte versie van mijn gezicht. Wie weet dat ik het nog eens onder ogen ga zien en volledige overgave aan mijn bril zal krijgen. Tot die tijd hoop ik dat mijn bril een oogje dicht wil knijpen en mij af en toe even vrijheid gunt.
We zullen het wel zien…